Deze keer leggen we de acht voetbalvragen niet voor aan een selectiespeler, maar aan onze kersverse technisch jeugdcoördinator Joël Creton (38). Lees hieronder zijn leuke antwoorden.

Kun je jezelf kort voorstellen?
Ik ben Joël Creton, 38 jaar, woonachtig in Leidsche Rijn, deels opgegroeid in het buitenland en in Nederland. Ik ben werkzaam bij de gemeente Utrecht. Zelf heb ik altijd gevoetbald, ben daar ook op vrije jonge leeftijd mee begonnen. Ben op latere leeftijd op atletiek gegaan: onderdeel 100 meter sprinten. Maar daarna ben ik alsnog weer overgegaan op voetbal omdat dat altijd mijn eerste liefde is en blijft.

In 2020 ben ik als assistent-trainer begonnen bij sv Buitenveldert, waarna ik na anderhalf jaar de overstap heb gemaakt naar usv Hercules en mijn vierde jaar inga als jeugdtrainer. Bij Hercules heb ik mijn VC2 Jeugd (UEFA B Youth) behaald en ben voor seizoen 2025/2026 toegelaten voor VC3 Jeugd (UEFA A Youth). Komend seizoen zal ik ook als assistent-trainer fungeren bij de JO16-1 van usv Hercules.

Wat is je favoriete positie?
Ik ben van origine altijd spits/linksbuiten geweest en voel mij het meest comfortabel op die twee posities.

Wat is je favoriete club?
Ajax en Real Madrid. Real Madrid heeft voor mij altijd iets magisch gehad. Het tenue, de uitstraling, de spelers. Ajax door het totaalvoetbal en het altijd willen blijven voetballen op eigen kracht (eigen kweekvijver). Op jonge leeftijd was ik ook fan van Arsenal en het Invincibles team onder leiding van Arsene Wenger dat ook bekend stond om het totaalvoetbal.

Wie is je grote (voetbal)held?
Ik heb er een aantal. Ronaldo (Nazario de Lima) en Thierry Henry en Marco van Basten. Spelers die geen introductie nodig hebben. Stuk voor stuk spelers die niet alleen gezegend waren met een prachtige techniek en een neusje voor de goal, maar ook spelers die het continu konden opbrengen om te leveren op het allerhoogste niveau.

Wie is je favoriete trainer?
Ik heb er een tijd over lopen nadenken. En ik kan nu een aantal toptrainers opnoemen van wie ik fan ben, maar ook onbekende trainers en coaches. Een all-time favoriete trainer heb ik niet en ga ik, denk ik, ook niet zo snel hebben. Sinds ik zelf trainer ben, merk ik dat ik van elke trainer/coach binnen of buiten de sportwereld iets wil oppikken en vooral opensta om nieuwe ervaringen op te doen en te willen leren om eigen te maken en toe te passen in de praktijk.

Wat doe je om fit te blijven?
Ik heb altijd op een aardig niveau mogen sporten, zowel voetbal en atletiek. Waardoor ik minstens vier keer in de week actief bezig was met sporten, zowel buiten als binnen in het krachthonk. Nu ik trainer/technisch jeugdcoördinator ben, is dat natuurlijk veel minder geworden. Ik probeer mezelf na het voetbal fit te houden door Calisthenics (ben van mening dat trainen daarvan en met lichaamskracht de beste resultaten leveren op lange termijn) en voetbal.

Wat zijn je belangrijkste drijfveren in het leven?
Stipt op één staat zelfontwikkeling. Door mezelf continu te willen (her)ontdekken, ontwikkelen, als mens en als professional. Het geeft je alle tools om nog meer vertrouwen in jezelf te hebben om te zijn wie je bent, waar je voor staat en wat je wil bereiken. 

Wat maakt dat je voor PVC hebt gekozen?
Een warme club waarbij verbinding de spil is. Een club die net als ik wil groeien, niet te hard of te snel, maar gedurfd en geleidelijk vooruitkijkend op de toekomst zonder haar normen en (kern)waarden te verliezen. De keuze werd nog gemakkelijker als ik zie met hoeveel enthousiasme en plezier vrijwilligers de club dag in en dag uit staande houden.

Welke tips heb je voor aanstormend talent?
Durf fouten te maken, accepteer en omarm ze. Vaak zie ik dat spelers op veilig voetballen of door de trainers worden aangespoord om geen fouten te maken. Talenten verliezen het plezier in het voetbal en het voetbal verliest zijn charme doordat er geen ruimte is voor creatieve en bevlogen voetballers die alles doen op intuïtie. Het maken van fouten geeft jou inzicht in wat je de volgende keer anders kunt doen en dit kun je juist als wapen gebruiken omdat je weet wat je anders kunt doen.